PDF-formaat downloaden

Plan-it tip
Altijd en voor elk soort gereed- schap geldt dat u de volgende veiligheidsregels in acht dient te nemen:
werk altijd met handschoenen aan,
laat de motor van benzinegereedschap afkoelen en maak de bougiekabel los voor; …
schakel elektrische apparatuur uit en trek de stekker uit het stop-contact,
wacht tot de bladen volledig tot stilstand zijn gekomen.


1. Onderhoud van een grasmaaimachine

Of de grasmaaier nu elektrisch is of op benzine, regelmatig onderhoud is noodzakelijk.

Verwijder na elk gebruik gras, aarde en afvalresten die erin vastzitten. Gebruik geen hogedrukreiniger, om te voorkomen dat onderdelen die niet nat mogen worden beschadigd raken.
Controleer na iedere 20 tot 25 uur gebruik de staat van het blad en slijp het, indien nodig, bij met een vijl met dicht opeenstaande tanden. Demonteer het blad als het erg bot is en slijp het met een slijpmachine onder een hoek van 45°. Controleer of het blad, als het eenmaal geslepen is, goed is teruggeplaatst. De maaimachine trilt luidruchtig als dat niet het geval is. Een goed geslepen blad voorkomt vergelen van het gras.

Specifiek onderhoud van een elektrische grasmaaier
Controleer de kabels en smeer mechanische onderdelen als wielen en lagers. Laadt de batterij 1 uur voor gebruik bij met een 6 A-lader. Lees voor elektrische grasmaaier op een accu de ladingsvoorschriften in de gebruikershandleiding.


Specifiek onderhoud van een benzine grasmaaier
Vul regelmatig de betreffende olie en brandstofreservoirs bij. Gebruik schone en nieuwe loodvrije benzine, vooral voor maaiers met een katalysator. Maak altijd gebruik van dezelfde soort benzine. Laat tijdens de winter geen benzine in het reservoir zitten. Maak het reservoir bij de laatste maaibeurt van het seizoen helemaal leeg.
Vervang de olie de eerste keer na 2 tot 5 uur gebruik, daarna na elke 25 gebruiksuren en minstens één keer per jaar. Vul het oliereservoir bij tot het maximale niveau, of tot het overloopt. In tegenstelling tot benzine, laat u het reservoir tijdens de winter vol om condensatie en roestvorming, in de beschermkap te voorkomen.


Reinig de luchtfilter regelmatig en vervang deze zodra hij te vuil is. Open de klep en verwijder de filter. Voor het reinigen van een kartonnen filter kunt u volstaan met erop te blazen. Een schuimfi lter dient te worden afgespoeld in een benzinebad en daarna te worden besprenkeld met schone olie. Reinig ook de plaats van de filter. Verwissel de luchtfilter ongeveer elke 50 uur. Gebruik de grasmaaier nooit zonder filter.
Controleer de ontstekingsbougie regelmatig, minstens na elke 25 uur gebruik. Borstel de uiteinden af met een metaalborstel, maak eventueel schoon met benzine en laat de bougie vervolgens drogen. De levensduur van een bougie is ongeveer 100 uur. Doe om condensatie te voorkomen in de winter een lepel olie in de bougiecilinder en plaats de bougie terug.
Controleer de afstand tussen de elektroden. Deze afstand dient 0,5 tot 0,6 mm. te bedragen. Corrigeer de afstand als die niet klopt of verwissel de bougie. Stel de carburator af met de stelschroeven zodat de motor stationair blijft draaien, zonder af te slaan of te roken.


2. Onderhoud van een kettingzaag

Specifiek onderhoud van een elektrische kettingzaag

Een kettingzaag heeft om goed te kunnen werken regelmatig onderhoud nodig.
Maak de kettingzaag na gebruik altijd schoon, wrijf goed droog en smeer daarna opnieuw in. Voeg olie toe voor het smeren van de schakels.
Controleer om de 6 uur de scherpte. Om de kettingzaag te kunnen slijpen, zet u het apparaat vast in een bankschroef. Vervolgens gebruikt u voor het slijpen een ronde vijl in een hoek van 30 tot 35°, waarbij iedere tand eenzelfde aantal vijlbewegingen ondergaat. Een vijlleider is ideaal voor het behouden van dezelfde hoek en gelijkmatigheid.
Controleer geregeld de spanning van de ketting en stel die bij met de stelschroef. Vervang een te vaak gebruikte ketting door een nieuwe. Laat de nieuwe ketting gedurende enkele uren in een schoon oliebad staan.


Specifiek onderhoud van een benzine kettingzaag
Om de 120 werkuren maakt u de bougie schoon met een harde borstel en stelt u de afstand tussen de elektroden af op 0,5 tot 0,6 mm.
Ontkool de uitlaat.
Reinig de luchtfilter door erop te blazen als het een kartonnen filter is, en in een zeepwateroplossing als het gaat om een schuimfilter.
Vóór de winter reinigt u de kettingzaag. Laat de olie- en benzinereservoirs vol. Voor ingebruikname in de lente dient u het mengsel wel weer te vervangen.


3. Onderhoud van een heggenschaar

Specifiek onderhoud van een elektrische heggenschaar
Maak een heggenschaar telkens na gebruik goed schoon met behulp van een harde nylonborstel om alle afvaldeeltjes te verwijderen.
Desinfecteer de messen met alcohol om te voorkomen dat eventuele ziektes overgebracht worden van de ene haag op de andere.
Vet de metalen onderdelen in met een smeerspray om roest-vorming te voorkomen.
Controleer regelmatig of de messen nog wel goed scherp zijn. Indien nodig demonteren en bijslijpen met een fijne vijl.


Specifiek onderhoud van een benzine heggenschaar
Maak de bougie regelmatig schoon en controleer de elektrodeafstand. Vervang ongeveer om de 50 uur gebruik.
Reinig de luchtfilter om de ongeveer 25 gebruiksuren, of minder als de heggenschaar is gebruikt onder moeilijke omstandigheden. De carburator maakt u op dezelfde wijze schoon als bij alle andere 2-takt benzine tuingereedschap (bijv. kettingzaag).


4. Brandstof voor 2-takt aandrijving

Voor alle 2-takt motoren is het noodzakelijk een mengsel te maken van benzine met 2 tot 4% synthetische olie. Voor u het apparaat (kettingzaag, heggenschaar, graskantensnijder) voor de eerste keer gebruikt, controleert u het oliepeil met betrekking tot de benzine die nodig is voor een goede functionering.
Maak het mengsel bij voorkeur zelf. Koop daarvoor een bus synthetische olie en voeg die, afhankelijk van wat u nodig heeft (2, 3 of 4%), rechtstreeks toe aan de kan met superbenzine. Schroef de dop op de jerrycan, schudt die goed door en klaar is kees.


Tip
Voorkom vervelende verrassingen in de lente! Berg tijdens de winter alle tuingereedschap op op een droge en vorstvrije plaats.